10.04.2019

Uitspraken Raad van State inzameling textielafval

De inzameling van textielafval is een gemeentelijke bevoegdheid (art 26 Materialendecreet). Indien de gemeente (of de bevoegde afvalintercommunale) de inzameling wenst te organiseren in samenwerking met een private partner, kan sprake zijn van een overheidsopdracht of concessie.

Niet zelden geven deze opdrachten aanleiding tot discussies in deze hoogst concurrentiële sector.

De Raad van State heeft hierin recent 2 arresten geveld:

→ RvS nr. 243.569, 31 januari 2019, VICT/ IMOG

→ RvS nr. 243.568, 31 januari 2019, bvba-vso VAZI/ IMOG.

Beide arresten gaan over hetzelfde dossier waarbij textielinzameling op het grondgebied van IMOF gekwalificeerd werd als een concessie voor diensten (onder de EU drempels). De opdracht werd onderverdeeld in 2 percelen, waarvan perceel 2 werd voorbehouden aan de sociale economie. De Raad van State heeft deze kwalificatie én de mogelijkheid om de opdracht voor te behouden aanvaard, zij het in de context van een prima facie toets in een procedure bij uiterst dringende noodzakelijkheid.

In het arrest VAZI oordeelde de Raad:

Bijgevolg lijkt in de huidige stand van het geding te mogen worden aangenomen dat de verwerende partij te dezen terecht tot het besluit is gekomen dat de offerte van de verzoekende partij niet voldeed aan de toegangsvoorwaarden, onder meer omdat de verzoekende partij zelf geen officiële erkenning als sociale economiebedrijf heeft voorgelegd, noch geijkte documenten heeft aangebracht waaruit blijkt dat zij vergelijkbaar is met een sociale economieonderneming.

 

Eerder heeft de Raad ook al uitspraak gedaan over het principe dat de gemeente (of de afvalintercommunale) het gelijkheidsbeginsel moet respecteren wanneer zij de textielinzameling exclusief voorbehoudt aan een private partij (RvS nr. 243.215, 13 december 2018). Dit kan inhouden dat een overheidsopdracht of concessie moet worden geplaatst.